NEDERLAND - Doordat de levensverwachting van 65-plussers minder snel stijgt dan verwacht hoeft de AOW-leeftijd pas vijf jaar later naar 67 jaar te worden verhoogd dan nu is vastgelegd. Dat meldt het FD dinsdag naar aanleiding van berekeningen door verzekeringswiskundigen. Die berekeningen zijn gebaseerd op cijfers van het CBS.

Volgens de actuarissen stijgt de AOW-leeftijd tot 2022 sneller dan de levensverwachting van 65-jarigen. Daardoor ontvangen AOW’ers over hun hele leven juist zo’n 3 procent minder staatspensioen.

Minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken) en de regeringspartijen stellen dat de snelle stijging van de AOW-leeftijd nodig is om het staatspensioen betaalbaar te houden, terwijl Nederland ouder wordt en vergrijst.

Het zou volgens ramingen ongeveer 1,5 miljard euro kosten om de verhoging naar 67 jaar vier jaar later door te voeren. Werkgevers en werknemers pleiten hiervoor als wisselgeld voor een nieuw pensioenstelsel.