NEDERLAND - Toenmalig staatssecretaris van Financiën, Eric Wiebes, heeft vorig jaar zelf voor de VVD een interne memo geschreven over afschaffing van de dividendbelasting. Het ‘partijstuk’ is door premier Mark Rutte gebruikt in ‘informele bilaterale gesprekken’ met onderhandelaars van de andere drie partijen, heeft hij toegegeven. Het document vormde belangrijke input tijdens de formatieonderhandelingen.
‘Met het stuk poogde mijn partij een voorstel te doen op het terrein van dividendbelasting en aanverwante dossiers dat als geheel aanvaardbaar kon zijn voor de andere partijen en de basis zou kunnen vormen voor een tekst in het regeerakkoord’, schrijft Rutte aan de Tweede Kamer. Met grote weerzin heeft de premier de documenten vrijgegeven. Het debat dat daarover zal volgen, komt nu vooral in het teken te staan van de geloofwaardigheid van Rutte en Wiebes.Sleutelrol Wiebes
Eric Wiebes, op dat moment nog staatssecretaris van Financiën, speelde sleutelrol in de kwestie. Hij schreef namens de VVD het ‘partijstuk’ om de andere partijen te overtuigen tot afschaffen. Afgelopen vrijdag beweerde Wiebes nog dat hij tijdens de formatie geen enkel stuk gezien had over de dividendbelasting. Verder is duidelijk geworden dat Wiebes een persoonlijk gesprek heeft gehad met Unilever-topman Paul Polman waarin afschaffing van de dividendbelasting ter sprake kwam. ‘Lobbygesprekken met individuele bedrijven in een memo als integraal onderdeel van het formatieproces – geen wonder dat Rutte deze stukken liever geheim houdt’, schrijft communicatiespecialist Jan Willem Wits over dat gesprek.
Doorsluisland
Met het document ging Wiebes van Financiën in veel opzichten lijnrecht in tegen adviezen van ambtenaren maar werd tegemoet gekomen aan de pressie van een aantal corporates, plus werkgeversorganisatie VNO-NCW. In het bijzonder Unilever. Ambtenaren van zijn departement stelden dat de afschaffing van de dividendbelasting de kans vergroot dat Nederland door grote bedrijven wordt gebruikt als ´doorsluisland’ om de belastingdruk te verlagen. Ook speelt het voor het vestigingsklimaat ´geen grote rol’, stelt het ministerie van Financiën in een van de memo’s die dinsdag door het kabinet openbaar zijn gemaakt.
Slecht voor imago
De ambtenaren van Financiën noemen de maatregel in de stukken ´slecht voor het imago van Nederland’ en stellen dat een verlaging van de vennootschapsbelasting meer voor de hand zou liggen. Het kabinet draait die redenering om, en beweert dat de afschaffing was juist dat de afschaffing juist het vestigingsklimaat in Nederland ten goede komt. Van doorslaggevend belang is het volgens de ambtenaren niet. ´De conclusie dat afschaffing van de dividendbelasting essentieel is voor het investeringsklimaat kan niet getrokken worden´, staat in een memo van de directeur Belastingen op 28 april 2017. Dat was wél het belangrijkste argument dat premier Rutte bij de eerste debatten over de dividendbelasting eind vorig jaar aanvoerde.
Generieke maatregel
In de meeste gevallen kunnen aandeelhouders dividendbelasting die ze in Nederland betalen, in eigen land verrekenen met belastingen daar. Afschaffing speelt dan ook alleen een rol voor aandeelhouders die het niet op deze manier kunnen verrekenen, aldus de ambtenaren. Ze noemen het een ´grote generieke maatregel voor specifieke problemen’.
Geen garanties
Afschaffing verkleint volgens het kabinet de kans dat Unilever en Shell – waarvan de naam meer dan eens viel in het debat over de dividendbelasting en de Vpb – hun hoofdkantoor verplaatsen, staat in een van de memo’s, ´maar garanties zijn echter niet te geven’. Unilever kondigde onlangs aan zijn hoofdkantoor in Rotterdam te vestigen, een besluit dat triomfantelijk werd begroet, en waarbij door voorstanders van afschaffing werd verwezen naar de afschaffing van de dividendbelasting. In de motivatie noemde het concern de dividendbelasting echter niet.